Verslag workshop ‘Taking the Lead and Ownership over Your Film’

Blog

Vrijdag 18 september, 2015

Door: Stella van Voorst van Beest

Samen met haar PR agent Freddy Neumann gaf de Deense documentaire producent Sigrid Dyekjaer in juni 2015 een seminar en workshop met de titel Taking the Lead and Ownership over your Film. Dyekjaer en Neumann ontwikkelden een succesvolle marketingmethode die gebaseerd is op een intensieve samenwerking tussen producent en regisseur tijdens het maken van de film. In de workshop werkten 8 teams van regisseur en producent aan hun film.

…EN NU HET MARKETING EN DISTRIBUTIEPLAN NOG EVEN
Wie kent het niet: Je scenario voor een nieuwe documentaire is af en je legt de laatste hand aan de aanvraag. Je CV moet nog bijgewerkt worden, de logline aangescherpt en dan moet ook dat verdomde marketing- en distributieplan nog geschreven worden. Het wordt vaak beschouwd als zeer tijdrovend en vervelend huiswerk. En daarom gebeurt dat meestal zuchtend en steunend als het filmplan helemaal klaar is en de aanvraag al grotendeels is ingevuld. Je hebt er natuurlijk wel een beetje over nagedacht, want de tijd dat de documentaire als vanzelfsprekend in de bioscoop vertoond werd is al lang voorbij. Dus als je een film over ouderen maakt, schrijf je op dat je met de film langs bejaardentehuizen zal gaan, en dat je hem voor mensen die met ouderen werken gaat vertonen, maak je een film over volleybal, dan zijn er natuurlijk al die geïnteresseerde volleybalverenigingen en hun aanhang waar je contact mee gaat zoeken. Maak je een film over een kunstenaar? Musea zijn vast geïnteresseerd en 50+ vrouwen die een cursus kunstgeschiedenis doen. Dan voeg je er nog de intentieverklaring van de distributeur bij, mompelt wat over de festivals waar je de film naar toe gaat sturen en klaar is Kees. Je marketing en distributieplan is af. Herkenbaar?
Als je de workshop Taking the Lead and Ownership over your Film hebt gevolgd, dan durf je met zoiets niet meer aan te komen. Sterker nog , dan wil je daar misschien niet meer mee aankomen. Dan zou het kunnen dat je een marketing- en distributieplan als een aangename uitdaging bent gaan zien. Een uitdaging die je niet alleen stimuleert grondiger na te denken over je potentiële publiek, maar die je ook aanzet je filmplan vanaf het begin af aan scherper te analyseren en te definiëren.
Ik heb de workshop als toehoorder bijgewoond en raakte, ondanks alle haken en ogen die er ook aan het model van Dyekjaer en Neumann zitten, zeer geïnspireerd. En het rare is dat er eigenlijk niets wezenlijk nieuws werd verteld in deze workshop, maar er werd net vanuit een ander perspectief gekeken naar de dagelijkse praktijk van het documentaire maken. Door de marketing en het nadenken over de inhoud van de film aan elkaar te koppelen kreeg het een geheel andere dynamiek. En ik was niet de enige die deze positieve ervaring had. De meerderheid van de deelnemers had na afloop hetzelfde gevoel. Wat is er gebeurd in die drie dagen? En hoe breng je deze methode in de (Nederlandse) praktijk?

WAAROM ZOU JE?
De methode van Dyekjaer vraagt wel een extra inspanning en investering van zowel de producent als de regisseur. Dus de ambitie, de tijd en de wil tot investeren moet er wel bij alle partijen zijn. Sigrid heeft die ambitie overduidelijk. Ze wil geld verdienen met de films die ze produceert en aangezien Deens (net als Nederlands) een klein taalgebied is moet ze verder kijken dan alleen het Deense afzetgebied. Jaarlijks worden er wereldwijd zo’n 19.000 documentaires uitgebracht. Dus hoe kun je dan in dit gigantische aanbod nog opvallen met je film? Die vraag wordt door veel producenten en regisseurs volgens Sigrid pas gesteld als de film bijna af is, zo tussen de postproductie en de première van de film in. Sigrid Dyekjaer stelt zich deze vraag al heel vroeg in het productieproces en stelt hem regelmatig bij.

DNA
Even voor de duidelijkheid Sigrid produceert auteursfilms. Haar uitgangspunt is: Wat is het wezen van de film en hoe kun je dat naar je publiek toe communiceren zonder een concessie te doen aan de inhoud? Over het algemeen gaan mensen naar documentaires omdat ze het thema belangrijk vinden. Ze checken eerst de publiciteit en ze lezen de synopsis van een film. Als die ze niet aanspreekt gaan ze niet naar je film. Dus is het allereerst belangrijk om de juiste woorden te vinden om je film op een aantrekkelijke (maar wel eerlijke) manier te omschrijven. Sigrid werkt hiervoor intensief samen met haar regisseurs en PR agent Freddy Neumann.
Het begin van je marketingplan ligt bij het nauwkeurig bepalen van de kern van je film. Sigrid en Freddy noemen dat het DNA van de film. Het belangrijkste bestanddeel van dit film DNA zijn de zgn. key values, de kernwaarden. Die moet je eerst zien te definiëren. Die bepalen nl. waar de film voor staat, wat er uniek is aan de film en waarom je de film wilt maken. Om tot de essentie van de film te komen, moeten producent en regisseur veel met elkaar over de film praten. Zo kom je er eigenlijk vrij snel achter of je het over dezelfde film hebt en of je die ook samen wilt en kunt maken. Het is dus ook een goede manier om te checken of je als regisseur en producent het juiste duo bent (en in een later stadium of je de juiste cameraman, geluidsman en editor hebt. Want ook met hen kun je op deze manier over je film praten).
Het bepalen van het DNA van de film is ook het begin van het definiëren van het publiek. Het DNA van de film is het uitgangspunt waarmee je de film gaat uitzetten. Hier raken de inhoud en de marketing elkaar. Als je in de kernwaarden van de film gelooft, dan is de kans dat je er een publiek voor kunt vinden ook groter en wordt het een leuke uitdaging in plaats van een vervelend klusje dat er ook nog bij hoort. En marketing neemt niet je autonomie als maker weg. Je hoeft niet te pretenderen dat je iets anders maakt. Niet de markt is het uitgangspunt, maar jouw film en wat jij als regisseur wilt vertellen. Op Sigrids website staat dan ook pontificaal “In my world, there are no great stories – only great directors!” Je moet eerlijk zijn, maar wel nadenken over hoe je je toekomstige publiek op de juiste manier verleidt en informeert. En daar heb je best veel tijd voor, want je bent vaak een paar jaar bezig met een film.

EN NU DE PRAKTIJK
In de workshop deden 8 projecten mee die in verschillende stadia van ontwikkeling waren. Sommigen zaten nog in researchfase, anderen waren net begonnen met draaien en weer anderen waren al aan het monteren met een première in het verschiet. Ook inhoudelijk en qua stijl waren de verschillen groot. De regisseurs werd gevraagd kort hun plan te pitchen. Freddy en Sigrid gingen vervolgens dieper in op wat de regisseur vertelde door simpele, maar persoonlijke, vragen te stellen zoals: “Hoe kwam je op het idee?”, “Waarom is het onderwerp belangrijk voor je ?”, “Speelt zoiets ook in je eigen leven?”, “Wat is je persoonlijke doel met de film?” Aan de andere workshopdeelnemers werd gevraagd om tijdens deze sessie steekwoorden op te schrijven. Nadat het interview afgelopen was, somde iedereen de woorden en zinnen op die het vaakst gezegd waren door de regisseur.
Workshop_taking_the_lead_2
Uiteraard hebben de meeste deelnemers dezelfde woorden opgeschreven, soms ligt de nadruk meer op het een, soms op het ander, maar luisterend naar al die opsommingen, ontstaat er een soort geraamte, een essentie van waar de film over gaat. Maar ook wordt duidelijk wat de regisseur probeert te vermijden (bv. het mag geen film over mij worden), of waar de regisseur nog onzeker over is. Soms komt het perspectief in de film opeens bij een ander te liggen dan aanvankelijk gedacht. Een aantal hoofdpersonen sneuvelt of komt meer op de achtergrond te staan. Soms blijkt een regisseur eigenlijk helemaal niet (meer) te weten waar zijn film echt over gaat. Ook als hij al lang aan het draaien is, of al ver in het montage proces zit. Soms is een film nog in een pril stadium van ontwikkeling , maar dan geeft deze zoektocht naar de kernwaarden weer een handvat om verder te gaan met nadenken en researchen.
Deze kernwaarden, de woorden die je steeds herhaalt of onderstreept tijdens het omschrijven, staan aan de basis van de verdere ontwikkeling van zowel de film als het marketingplan. Ze komen ook terug in de synopsis, de tagline, de poster en in een later stadium in de campagne. Een deel is verhalend, geven het thema weer, anderen zijn meer op sfeer en emotie gericht.
Die kernwaarden, de trefwoorden die het hart van de film omschrijven, zijn overigens voortdurend in ontwikkeling. Tijdens het proces van het maken van een documentaire kan er van alles veranderen. De film kan veranderen of de regisseur kan veranderen van blik. Sigrid geeft als voorbeeld een regisseuse die tijdens het draaien zwanger werd en daardoor heel anders tegen haar film aan ging kijken. Het is dus zaak daar alert op te zijn en regelmatig te testen of het DNA van de film nog hetzelfde is en of de veranderingen de goede kant op gaan.

HET FILM CV
In het middagprogramma borduren Sigrid en Freddy voort op de kernwaarden en stellen nog meer vragen. Het soort vragen dat iedereen kent, zoals: “Wat maakt je project bijzonder?” “Wat is het onderwerp?” “Wat is het belang van je film?” “Wat kunnen mensen van andere landen, culturen en gemeenschappen met je film?” “Met welke emotie wil je dat je publiek achterblijft na het zien van je film?” Ze gaan vervolgens uitgebreid in op alle antwoorden en proberen het filmplan en de motivatie van de regisseur zo duidelijk en persoonlijk mogelijk geformuleerd te krijgen.
Dit resulteert uiteindelijk in het CV van de film. Het is een boekwerk dat gedurende het hele filmproces wordt aangepast en bijgehouden. Hierin staan de kernwaarden van de film, een korte synopsis, de tagline (de scherp geformuleerde zin die de film samenvat en voor festivals, posters en dergelijke gebruikt wordt), een idee voor de visuele communicatie (poster, filmstill) en een profiel van je verwachte publiek.
Alle deelnemers putten hiervoor uit de woorden en zinnen die zijn opgenoemd in de ochtend sessie. Een deel is bruikbaar als kernwaarde. Andere woorden en korte zinnen die zijn opgenoemd zijn te gebruiken als idee voor scènes of voor de omschrijving van de motivatie, de poster, of de titel.
Workshop_taking_the_lead

EFFECTEN
Wat ik interessant vond om te zien was dat door de intensieve brainstorm de projecten zonder uitzondering in korte tijd enorm werden aangescherpt: de vinger werd op de zere plekken gelegd, de ruis werd er uit gehaald, de essentie van de films werd bij iedereen duidelijk. De deelnemers gingen bijna zonder uitzondering anders over hun film nadenken. Het maakte niet uit in welk stadium van productie ze waren. En grappig “detail”: bijna alle bedachte titels sneuvelden.
Een ander effect bleek dat de ambitie van de deelnemers groter werd en internationaler gericht. Aanvankelijk dachten de meeste regisseurs en producenten heel bescheiden over hun doelgroepen: een uitzending op de nationale TV, festivals en wat belangengroepen die interesse zouden hebben in het onderwerp. Dat lokte bij Sigrid het verwijt uit dat wij Nederlandse documentaire makers veel te lokaal denken en te weinig internationale ambitie hebben, te bescheiden zijn. Haar devies: zoek buitenlandse financiering. Dat is de sleutel tot distributie. Pitch je plan, bezoek fora. Wees niet tevreden met een paar festivals, maar stel je doelen hoger en streef naar meer uitbreng in de wereld. Denk voorbij de voor de hand liggende doelgroepen.
Het was interessant om te zien, wat er gebeurde door erna de projecten te benaderen met de vraag wat de universele waarde van de projecten was en wat ze voor de buitenlandse markt interessant zou maken. Hoe formuleer je de kernwaarden zo, dat de film ook internationale potentie kan krijgen? Sigrid adviseerde om dergelijke “DNA” sessies regelmatig te houden op het productiekantoor en dan ook een buitenlandse distributeur of producent uit te nodigen erbij te zijn. Die kijkt vanuit een heel ander perspectief naar de film en dat kan verrassende en inspirerende inzichten geven.
Freddy wijst er op dat producenten en regisseurs vaak te makkelijke wegen bewandelen als ze nadenken over wie hun publiek is. Ze blijven eigenlijk hangen bij de voor de hand liggende groepen. (Bijvoorbeeld het museumpubliek en 50+ vrouwen die een cursus kunstgeschiedenis doen voor een kunstfilm.) Daar is op zich niets mis mee, maar die mensen krijg je waarschijnlijk toch wel binnen. Hoe kun je anders naar je eigen film kijken en op die manier andere publieksgroepen ontdekken? Hoe krijg je de minder makkelijke mensen binnen? Daar ligt de ware uitdaging.

HOE VERWERF, ONTMOET EN VERGROOT JE JE PUBLIEK?

Freddy stelt ietwat provocerend dat er geen publiek is voor je film, tenzij je zelf een publiek maakt. Daar is een veel actievere houding voor nodig, dan de meeste producenten en regisseurs aannemen. Die denken vaak dat als hun film een distributeur heeft of op festivals gaat draaien, het publiek automatisch toestroomt. Maar niets is minder waar. Omroepen doen vaak weinig aan publiciteit, festivals hebben geen persdiensten die 500 films aankunnen. Je moet zelf zorgen dat dat gebeurt. Het is niet de verantwoordelijkheid van de festivals. Je moet vanaf het begin van de ontwikkeling van je film “ambassadeurs” zoeken: mensen die je film verder onder de aandacht brengen. Die zich ervoor in willen zetten. Freddy en Sigrid schakelen al maanden voor een vertoning al hun ambassadeurs in, zodat die zich goed kunnen voorbereiden en hun publiek kunnen vinden.
Soms kan een van de hoofd- of bijpersonen in je film ambassadeur zijn, of belangengroepen. Zoek naar partners die je film onder de aandacht brengen, die enthousiast zijn over jouw film en hem graag willen promoten. Nodig politici uit in de montage kamer, zorg dat je over heel Europa of de wereld ambassadeurs hebt, zorg voor een goede on-line campagne, doe aan crowdfunding. Daarmee bind je mensen aan je film. De regisseur is ook zelf ambassadeur. In Denemarken kan de regisseur zelfs geld krijgen van het Filmfonds om dat betaald te doen. Hij moet zijn film dan ook door en door kennen. Soms is het nodig dat de regisseur weer even herinnerd wordt aan waar zijn film ook weer over ging en wat het doel was. Dat klinkt misschien raar, maar als je lang met een film bezig bent kan dat weleens wat schimmig worden.
Internationaal pitchen is heel erg belangrijk voor je netwerk. Misschien moet je wel niet in Nederland in première. Stap uit de Nederlandse context. Bel buitenlandse producenten die je kent en vraag wat ze denken over je film. Zoek contact met distributeurs van succesvolle films, die lijken op wat jij aan het maken bent. Misschien zijn ze geïnteresseerd om nog zo’n film uit te brengen of kunnen ze je adviseren.

DISTRIBUTIE STRATEGIE

De regisseur en de producent bepalen ook samen wat de strategie is voor de distributie. Wat zijn je doelen? Het denken over de distributie strategie begint ook al aan het begin van de ontwikkeling en wordt net als de marketingstrategie voortdurend bijgesteld. Sigrid wil graag veel invloed op de distributie van haar films. Want als je dat overlaat aan festivals of distributeurs gebeurt dat niet altijd op de juiste manier. Zo kun je op een festival opgescheept worden met iemand die een slechte Q&A doet. Sigrid neemt liever haar eigen Q&A persoon mee, want dat kan een ambassadeur zijn, iemand die voor meer publiek gaat zorgen. Of je komt op een festival in een bepaalde themahoek terecht waar je niet wilt zijn: de muziekfilm, of coming of age. Daar sluit je heel veel publiek mee uit. Dus zorg dat je in de juiste categorie komt. Daar hoef je de film niet voor te veranderen, maar wel de manier waarop je hem naar buiten brengt.
Festivals zijn niet heilig. Ook zonder festivals kun je veel publiek krijgen. Door bijvoorbeeld in een outreach traject te stappen. Sigrid noemt de film Bully als voorbeeld. Ook online was er een groot leven voor deze film. Daarnaast zijn er veel mensen die niet naar filmfestivals gaan, maar die wel de film graag zouden zien. Dus ga ook naar je publiek toe in plaats van te verwachten dat zij naar jou toekomen.

DE NEDERLANDSE SITUATIE
Is deze methode nu ook in Nederland toe te passen? Daar ging de discussie op de laatste dag over met mensen uit het veld (fondsen, distributeurs, omroepen, programmeurs).
Er zijn een paar grote verschillen met hoe Sigrid kan werken. Zo zijn de budgetten waar Sigrid mee werkt vele malen hoger dan bij ons. Bedragen van 700.000 euro zijn geen uitzondering. Er kan vaak maanden gemonteerd worden en nog bijgedraaid. Sigrid wacht niet met draaien tot de financiering rond is. Ze financiert al vanaf het prille begin en gebruikt daarvoor pilots en pitches en past die gedurende de ontwikkeling van film steeds aan.
DDG - workshop taking the lead 3

Sigrid is geen producent die op kantoor zit. Zij reist de hele wereld over om haar films te pitchen en te verkopen. Dat is voor een producent hier niet denkbaar. Het opzetten van een marketing plan, het zoeken naar buitenlandse financiers, naar distributeurs, het pitchen op festivals etc. is een vak apart. Het is niet iets wat een producent er “even” bij kan doen. De methode van Sigrid vereist een heel andere manier van produceren.
Bovendien houdt Sigrid de rechten van haar films en kan er dus ook geld mee verdienen. De winst deelt ze met de regisseurs, die ook geen rechten hoeven af te staan. Het geld kan de regisseur dan in een volgende film stoppen. Hij hoeft niet te wachten op een nieuwe bijdrage van een fonds voor hij kan beginnen met het ontwikkelen van een nieuwe film. Dat draagt bij aan een grotere continuïteit in zijn werk. Dus zowel Sigrid als haar regisseurs zijn veel onafhankelijker dan de producenten en regisseurs in Nederland. In Nederland moeten de producent en de regisseur wel (een deel van) de rechten afstaan. Dus dan kan je je film wel pitchen op een internationaal forum, maar als er dan een geïnteresseerde partij is, is de kans dat hij afhaakt groot als je de rechten niet hebt. Dus wat kan er dan wel overgenomen worden van deze manier van werken? Met onze budgetten en met alle (rechten) beperkingen die wij hebben?
Wat in elk geval mogelijk is en zeker bij gaat dragen aan betere films is het soort brainstorm doen als in deze workshop. Het door blijven praten tot de kern van de film boven komt, en dat in verschillende stadia opnieuw doen. Vanaf het begin nadenken over hoe de film overkomt op anderen. Haal er mensen bij van buiten, met een ander (internationaal) perspectief. Maak je ambitie groter.
Hoe kunnen regisseurs (en producenten) in Nederland meer geld verwerven met hun films? Zodat ze makkelijker aan een volgend film idee kunnen werken, en daarmee meer continuïteit in het film maken krijgen? Is het mogelijk iets te veranderen aan de rechtenafdracht? Of moet er geld vrijgemaakt worden voor pre-ontwikkeling? Zodat een regisseur al sneller kan beginnen met draaien en nadenken over de essentie van de film? Bijvoorbeeld door een pilot te maken (ook een methode waar Sigrid mee werkt). Ook als er geen film in zit, wordt dat al snel duidelijk en dat kan zowel de regisseur als de producent als de fondsen een hoop tijd, moeite en geld besparen.
Wat ook goed zou zijn, is als er een paar Freddy ‘s zouden rondlopen in Nederland, die ingehuurd kunnen worden bij een productie. Zeker nu de verantwoordelijkheid voor een marketing en distributieplan veel meer dan voorheen bij de producenten en regisseurs is komen te liggen. Mensen die inhoudelijk meedenken met de film, met de regisseur en met de producent. Mensen die hun expertise op het gebied van marketing inzetten voor een productie. En als dat goed gebeurt, zoals het in deze workshop gebeurde, met de film en wat de regisseur wil als uitgangspunt, dan kan dat alleen maar een verrijking zijn. Zowel voor de kwaliteit van de films als voor de portemonnee van regisseur en producent. Maar dan moet daar wel geld voor vrij gemaakt worden op de begroting. Want een goede marketingman is vast niet gratis.

http://www.danishdocumentary.com
Tekst: Stella van Voorst van Beest
Foto’s: Sander Houwen

Het seminar en de workshop zijn mede mogelijk gemaakt door financiële steun van het Nederlands Filmfonds.
NL Filmfonds

Regisseer jij films of programma's die worden uitgezonden op televisie?

Meld je gratis aan bij auteursrechtenorganisatie VEVAM en ontvang vergoedingen voor je werken!

Sluit je aan bij VEVAM!

Contactgegevens

Dutch Directors Guild
De Lairessestraat 125 sous
1075 HH Amsterdam

kvk: 33298563
tel: +31 (0)6 836 72 215
e-mail: info@directorsguild.nl

Openingstijden:
Het DDG-bureau is telefonisch bereikbaar op:
maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 13.00 – 17.00 uur.